De Kaaie Poale
Tussen twee flauwe bochten aan de oude Zoutendijk
pronkt stil dit fraaie stel
blikkend in een verre verte
al sinds je geboorte, elke tel
Nog fier rechtop, slechts lichtjes neigend
rij je er bijna zonder erg voorbij
wie goed kijkt begrijpt hun boodschap
schouder aan schouder, zij aan zij
Naast elkaar, als man en vrouw
eenheid, maar ieder toch uniek
toeziend bij ruzies en verliefden
onverstoorbaar in hun kaai mimiek
Boezemen zij nu niet veel ontzag meer in
toch staan ze op een echt vierlandenpunt
Heusden en Altena, Brabant en Holland aan de Maas
statige markeringspunten, waar rust je is gegund
Grenspalen met deftige wapens wachten
ieder aan zijn eigen kant
steek jij die grens gerust maar over
maar wel met uitgestoken hand
Andel, 30 augustus 2007
Henk van Noorloos
De poorten van ’t Hoff
Trouw en plechtig staan zij daar
als wachters van het dorp
alles zien, altijd moeten zwijgen
slechts de wind laat ze fluisteren met elkaar
De poort door, eruit of juist erin
is als de keus voor goed of kwaad
de mens die hier nog leven gaat
zal hij beseffen ’s levenszin?
Trouw en plechtig staan zij daar
de poorten van het Hoff
als seinen voor een toekomst
een weg naar God of van elkaar
Hoe lang zullen ze daar nog staan?
Overblijfsels uit een ver verleden
wie kent hun toekomst?
wat zien ze nog beleven gaan?
Een andere poort vlakbij verging
een stukje meer naar ’t westen
wat zal hiervan nog resten?
geen steen, geen staal, slechts vluchtige herinnering
Met aan ’t eind een helder statig Hoff
draaide ooit voor ’t eerst het ijzeren hek
knarsend open boven schoon knerpend grind
Na hoeveel tijd vergingen zij tot stof?
De mens die hier nog leven gaat
die hier zijn opdracht gaat vervullen
die kiest voor goed of kwaad
voor leven of het leven laat
Henk van Noorloos 18 september 2006